1. Inleiding

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Hierbij bieden wij u de Kaderbrief 2024-2027 aan. Hierin staan de financiële uitgangspunten voor de komende jaren. Met de jaarstukken kijken we terug op 2022, met de voorjaarsrapportage kijken we naar het huidige jaar 2023 en met deze kaderbrief kijken we vooruit. 

Deze kaderbrief is, net als de begroting 2023, opgesteld in een roerige tijd. De oorlog in Oekraïne is nog steeds aan de gang. De energieprijzen zijn erg hoog en ook andere prijzen stijgen. Dit heeft invloed op ons financieel perspectief voor de komende jaren. Daarnaast heeft het rijk nog geen duidelijkheid gegeven over de omvang van het gemeentefonds na 2026. Dit maakt goed begroten lastig. Is het wel verantwoord om structurele verplichtingen aan te gaan? Tegelijkertijd hebben we tot 2026 een goed begrotingsperspectief. We staan voor de uitdaging om een realistische en structureel sluitende begroting neer te leggen. En ook daar waar mogelijk incidenteel middelen in te zetten om hogere lasten voor de toekomst te voorkomen. 

In deze kaderbrief staan het financieel perspectief en de financiële ontwikkelingen die onvermijdelijk op ons afkomen. Dit zijn voornamelijk prijsstijgingen zoals in het volgende hoofdstuk ook wordt toegelicht. We hebben daar geen of heel beperkt invloed op, of het niet instemmen met deze voorstellen zorgt voor grote nadelige gevolgen. Per saldo zorgt dit voor een positief financieel perspectief in de jaren 2024 en 2025. Daarna wordt het perspectief negatief. Wij stellen voor om de ontwikkelingen met betrekking tot de algemene uitkering af te wachten en eventueel als dat nodig is bij de begroting 2024 met een plan van  te komen om deze laatste jaren structureel in evenwicht te brengen. 

We doen u in deze kaderbrief ook voorstellen voor nieuw beleid. Deze voorstellen worden in deze kaderbrief integraal afgewogen en vervolgens na besluitvorming primitief in de Programmabegroting 2024 verwerkt. 

1.1 Positief saldo 2024 en 2025: Investeringsfonds
Zoals u in de tabel begrotingsperspectief kunt zien hebben we een behoorlijk begrotingssaldo in de jaren 2024 en 2025. Omdat het begrotingsperspectief weer lager wordt in 2026 biedt dit geen ruimte voor het aangaan van structurele lasten. Een mogelijkheid die het BBV (besluit, begroting en verantwoording) biedt en die ook door de provincie wordt aangegeven is de mogelijkheid om zogenaamd te ‘sparen’ voor de toekomst en deze middelen te gebruiken als dekking voor structurele kapitaallasten. De kapitaallasten die voortkomen uit investeringen zijn structureel. Een nadeel van het ‘sparen’ en gebruik maken van een kapitaalreserve is dat na de afschrijvingstermijn geen structurele dekking in de begroting is en daardoor ook geen ruimte voor vervanging. Er zal op dat moment structurele ruimte gevonden moeten worden of opnieuw gespaard. Op dit moment is het aantal investeringen dat we dekken met een kapitaalreserve beperkt. 

We stellen voor om de begrotingsoverschotten van de komende jaren binnen de algemene reserve te reserveren voor kapitaallasten die voortkomen uit investeringen. Een voorbeeld hiervan is het accommodatiebeleid, naar verwachting zal hier een grote investering voor nodig zijn. Een deel van die lasten kunnen we dekken uit de middelen die bij amendement bij de begroting 2023 structureel beschikbaar zijn gesteld. Voor een ander deel kunnen we dit ‘gereserveerde’ bedrag gebruiken. Op die manier kunnen we door nu geld te reserveren hoge lasten in de toekomst dragen. Hoe de spelregels moeten gaan worden voor de dekking van de kapitaallasten willen we dan met u op een later moment gaan bespreken.

1.2 Meicirculaire
Als gemeente ontvangen we geld vanuit het gemeentefonds, de algemene uitkering. Drie keer per jaar (mei, september en december) komt er vanuit het ministerie een circulaire waarin de hoogte van deze uitkering wordt bijgesteld. In de meicirculaire is het gebruikelijk dat het accres (hogere Rijksuitgaven zorgt voor een hogere algemene uitkering en andersom) wordt aangepast en we compensatie voor loon- en prijsstijgingen ontvangen. We reserveren het volledige bedrag dat we aan loon- en prijscompensatie via de meicirculaire ontvangen voor de indexaties (lonen en prijzen) die we in de begroting 2024 moeten verwerken. Dit ziet u terug in de brief over de meicirculaire (nog te ontvangen). We doen daarin een globale inschatting of deze compensatie voldoende is. 

Het financieel perspectief kan er na de meicirculaire 2023 anders uit zien. Wij presenteren in deze kaderbrief het huidige financieel perspectief. Zoals gebruikelijk wordt u voor de raadsvergadering over de kaderbrief geïnformeerd over de meicirculaire en daarmee over het nieuwe financieel perspectief.