Programma 6 | Bestuur en Dienstverlening

Programma 6 | Bestuur en Dienstverlening

Terug naar navigatie - Programma 6 | Bestuur en Dienstverlening

In de tweede helft van deze collegeperiode heeft het college versterkt ingestoken op de eigen kracht van onze samenleving. We willen dicht bij inwoners en bedrijven blijven staan. Echter niet langer primair vanuit een regierol maar meer vanuit een faciliterende rol. Het eigen initiatief en de eigen verantwoordelijkheid van inwoners en instanties betekent ook ‘loslaten’ door de overheid. Een verantwoord vangnet blijft hier van belang. Zowel op het sociale (voorzieningen, uitkeringen) als het ruimtelijk domein (handhaving).

We verbeterden onze dienstverlening op 3 punten. Ten eerste bieden we steeds meer producten en diensten digitaal aan, naast de gebruikelijke dienstverlening die de inwoner nu al van ons gewend is. Ten tweede bieden we snellere service, waarbij we de wachttijden verkorten en de kwaliteit verbeteren. Tot slot verbeteren we de kwaliteit en de zoekfunctie op de website. Voor onze inwoners behouden we het vertrouwde persoonlijk contact en het welkomstgevoel.

6.1 Thema: Bestuur

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Dicht bij inwoners en bedrijven blijven staan vanuit een faciliterende rol
In de tweede helft van deze collegeperiode wil het college versterkt insteken op de eigen kracht van onze samenleving. We willen dicht bij inwoners en bedrijven blijven staan. Echter niet langer primair vanuit een regierol maar meer vanuit een faciliterende rol. Het eigen initiatief en de eigen verantwoordelijkheid van inwoners en instanties betekent ook ‘loslaten’ door de overheid. Een verantwoord vangnet blijft hier van belang. Zowel op het sociale (voorzieningen, uitkeringen) als het ruimtelijk domein (handhaving). Zaken als integriteit en integrale verantwoordelijkheid blijven het vertrekpunt in ons bestuurlijk handelen. Het afmaken, bestendigen en mogelijk uitbouwen van de OWO-samenwerking, met behoud van onze zelfstandigheid, is een belangrijk doel.

In het laatste deel van deze collegeperiode wil het college samen met de ambtelijke organisatie een hogere participatiegraad van burgers en bedrijven verder verkennen en uitwerken. Dit in samenhang met de verlangde transformatie op het sociaal en ruimtelijk domein. De gemeenteraad bezint zich eveneens op dit onderwerp. Hierbij onderzoeken wij ook een vernieuwde rolinvulling van ambtenaren en bestuurders: wat betekent een verschuiving van ‘regie’ naar ‘faciliteren’ voor óns doen en laten?

Wat hebben we bereikt?

Terug naar navigatie - Wat hebben we bereikt?

In 2018 zijn we gestart met een nieuwe bestuursperiode. Samen met een extern bureau gespecialiseerd in overheidsparticipatie is de gemeente aan de slag gegaan om het onderwerp participatie te verkennen. Een eerste stap, naast het verstrekken en uitwisselen van informatie, was het schrijven en vaststellen van het raads- en uitvoeringsprogramma. Bijeenkomsten over rolinvulling waar het gaat om participatie voor de gemeenteraad, college en ambtelijke organisatie lopen door tot in 2019. Daarnaast zijn er dorpsgesprekken gestart vanuit het sociaal domein. In 2018 is door de gemeenteraad een notitie over overheidsparticipatie aangenomen. 

Beleidsindicatoren thema Bestuur

Terug naar navigatie - Beleidsindicatoren thema Bestuur

De formatie bestaat uit het begrote aantal formatieplaatsen op 1 januari 2018 per 1.000 inwoners. Bezetting is het gemiddelde aantal fte’s dat werkzaam is per 1.000 inwoners, wij hebben het gewogen gemiddelde over 2018 berekend.

Beleidsindicatoren thema Bestuur Eenheid Begroting 2018 Jaarrekening 2018
Formatie Fte per 1.000 inwoners 8,2 8,2
Bezetting Fte per 1.000 inwoners 7,5 7,6
2018

6.2 Thema: Organisatie Gebiedsteams

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Een integrale aanpak aan de ondersteuningsvraag van de klant
Sinds 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor meer taken in het sociale domein. De dienstverlening en uitvoering van deze taken voor de WMO, de Participatiewet en de Jeugdwet vindt plaats in het Gebiedsteam. Dit doen we vanuit twee vaste locaties, op de Brink 1 vanuit het Gezondheidscentrum en vanuit het gemeentehuis met verschillende gebiedsgericht werkende teams. We bezoeken de mensen op de plek van hun voorkeur, dit is meestal thuis. De Gebiedsteammedewerkers werken vanuit een integrale aanpak aan de ondersteuningsvraag van de inwoner. Deze vragen liggen op het terreinen wonen, welzijn, zorg, werk & inkomen en jeugd & gezin. Bij complexe vraagstukken zorgt de medewerker voor toegang tot een zorgvoorziening, lichte ondersteuning en/of regievoering. Het Gebiedsteam werkt over het inhoudelijke domein heen, zodat voor één gezin of huishouden er één plan komt en één contactpersoon. Deze contactpersoon is ook het aanspreekpunt richting andere instanties (de keten), zodat samen tot een evenwichtige aanpak gekomen kan worden. De activiteiten en inspanningen zijn erop gericht de zelfredzaamheid, de participatie en het zelfbewustzijn van (jong)volwassenen te versterken en ouderen in staat te stellen zo lang mogelijk thuis te wonen. We stellen inwoners en jeugdigen in het bijzonder in staat vanuit hun eigen kracht het leven positief in te vullen. Zelfstandig en/of samen met hun omgeving. De gemeente biedt, via het Gebiedsteam, een vangnet als dit niet lukt. 

Wat hebben we bereikt?

Terug naar navigatie - Wat hebben we bereikt?

Het contact met het Gebiedsteam wordt in het algemeen positief beoordeeld. Het klanttevredenheidsonderzoek WMO 2018 geeft een algemeen positief beeld van de dienstverlening door het Gebiedsteam. Het geringe aantal klachten en bezwaarschriften bevestigt het beeld dat het Gebiedsteam haar beslissingen goed motiveert en in samenspraak met inwoners tot maatwerkplannen komt. Er zijn zeven klachten geweest binnen wmo en jeugd, waarvan één complexe zaak nog loopt. Er zijn 37 bezwaarschriften ingediend op besluiten Participatiewet door het Gebiedsteam. Een groot deel hiervan is, na nader overleg en toelichting, op eigen verzoek ingetrokken. Vier recente zaken lopen nog. Toegankelijkheid van informatie via de website en de zichtbaarheid van het Gebiedsteam in de dorpen zelf wordt nog als verbeterpunt aangegeven. Deze aspecten worden in de doorontwikkeling van het Gebiedsteam en de nieuwe visie Sociaal Domein verder onderzocht en uitgewerkt. De gemeente is bestuurlijk en ambtelijk weer goed vertegenwoordigd in het regionale samenwerkingsverband Frylan Werkt. Verder is eind 2018 opdracht gegeven voor het uitwerken van een strategisch communicatie plan voor het Sociaal Domein, waarin het verhaal van het Gebiedsteam ook een plek krijgt. De Gebiedsteam medewerkers hebben de ruimte gekregen om optimaal bij te dragen aan de dorpsgesprekken, waarin deelopgaven opgehaald worden voor de invulling van de nieuwe visie. Tijdens de week van de eenzaamheid waren onze medewerkers prominent zichtbaar in de lokale supermarkt. Er is eind 2018 eveneens een pilot gestart om ervaring op te doen met community werk (straatwerk), deze pilot loopt tot het voorjaar 2019 door. De pilot van de budgetcoaches is in 2018 geëvalueerd en structureel ingebed in het Gebiedsteam met 2 fte. Het project GIDS is afgerond met een grote bijeenkomst met het thema eenzaamheid. De pilot praktijkondersteuner jeugd bij huisartsen is geëvalueerd en wordt in 2019 voorgezet en uitgebreid. In het trainings- en scholingsprogramma is o.a. aandacht besteed aan vechtscheidingsproblematiek, laaggeletterdheid, vroegsignalering en nieuwe methodieken. Het samenwerkingsplatform voor zorgwekkende en escalerende situaties is in 2018 van start gegaan. Het convenant is eind 2018 geëvalueerd en wordt voortgezet. Dit platform zorgt ervoor dat een organisatie overstijgende aanpak en regie mogelijk is in de keten. In onze werkprocessen is bij de nazorg opgenomen om extra alert te zijn op het welzijn van achterblijvende partners bij overlijden. Dit is een doelgroep die problematische eenzaamheidsgevoelens kan ervaren. In de doelgroep WSW en BAB hebben we 13 medewerkers op contract en aan het werk via de Stichting Werk Ooststellingwerf en 26 inwoners met een BAB indicatie begeleid naar werk. 

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Terug naar navigatie - Wat hebben we daarvoor gedaan?

Gebiedsteams zijn “gebiedsgericht” georganiseerd
Voor de zorgdomeinen WMO, jeugd en algemeen maatschappelijk werk (hulpverlening) is dit volledig gerealiseerd. In 2018 hebben we voorbereidingen getroffen om ook de expertise werk en inkomen integraal in de gebiedsgerichte werkwijze op te nemen. Vanuit het team werk & inkomen is deelgenomen aan de pilot psychische kwetsbaarheid, waarin zorg en werk bij elkaar komen. Ook de werkgroep wmo - participatie heeft inzichten opgeleverd voor integrale aanpak bij combinatie dagbesteding en activering. De integraliteit is inhoudelijk al wel geborgd doordat cases per huishouden opgepakt worden. Aan de keukentafel wordt samen met de inwoner gekeken wat er nodig is en welke expertise ingezet moeten worden. Inwoners geven vrijwel altijd de voorkeur aan een keukentafelgesprek bij hen thuis. De ervaringen in 2015 met loketten van het Gebiedsteam in Haulerwijk en Appelscha bevestigden deze voorkeur. Deze loketten werden nauwelijks bezocht. In het raadsprogramma is de wens opgenomen om de zichtbaarheid van het GBT in de dorpen wel weer te onderzoeken. In 2019 staan het strategisch communicatieplan en de visie op Dienstverlening op de agenda. Deze plannen leveren input op over voorkeuren van communiceren van onze zeer verschillende doelgroepen in het sociaal domein. Met de doorontwikkeling van het Gebiedsteam wordt met deze plannen rekening gehouden. Bovendien is er eind 2018 opdracht gegeven door het College om de werking van het Gebiedsteam onafhankelijk te laten onderzoeken. Dit geeft samen met de nieuwe visie Sociaal Domein input voor de positionering en doelen van het Gebiedsteam. In de pilot Community Werk kiezen de teams voor een straatgerichte aanpak binnen hun gebied. Community Werk richt zich op het verbinden van individuele problematiek aan een collectieve oplossing in de eigen gemeenschap. Deze ervaring is input voor de nieuwe visie Sociaal Domein. Het Gebiedsteam heeft haar contacten in de gemeenschap en de externe netwerken versterkt, onder andere door samen met de buitendienst op te trekken richting dorpsbelangen en lokale bijeenkomsten.

Vergaand intern verzelfstandiging Gebiedsteams
In januari 2018 heeft de Raad de beslissing genomen het proces van verzelfstandigen stop te zetten. De teams werk & inkomen, WMO, jeugd en ondersteuning zijn per 1 maart 2018 organisatorisch als afdeling Gebiedsteam opgenomen in de gemeentelijke organisatie. De projectdirecteur heeft aan de raad verslag gedaan van het bouwproces en decharge gekregen. Het jaar 2018 heeft in het teken gestaan van opnieuw verbinden met de gehele organisatie en samen voorbereiden voor de nieuwe visie Sociaal Domein. 

Wat heeft de inwoner daarvan gemerkt?

Terug naar navigatie - Wat heeft de inwoner daarvan gemerkt?

De inwoners van Ooststellingwerf hebben op verschillende manieren breder kennis kunnen maken met de dienstverlening van het Gebiedsteam. Inwoners hebben hun ondersteuningsvragen ongehinderd bij het Gebiedsteam kunnen stellen, zowel bij de teams die vanuit het Gemeentehuis werken als de teams die vanuit locatie Gezondheidscentrum aan de Brink werken. Ondanks de soms opgelopen wachttijd, is het Gebiedsteam er in geslaagd aanvragen binnen de wettelijke termijnen af te handelen. Ook via de wijkverpleging en het transferpunt van de ziekenhuizen, wordt huishoudelijke hulp snel en passend ingezet. Het Gebiedsteam biedt toegang tot zorg, lichte ondersteuning, algemene informatie en doorverwijzing naar geïndiceerde zorg en/of voorliggende algemene voorzieningen. De werkwijze van het Gebiedsteam richt zich in de gesprekken op het goed helder krijgen van de problematiek, daarvoor worden meerdere levensgebieden betrokken, om zo samen met betrokkenen passende en haalbare oplossingen vinden. Door hiervoor ook het eigen netwerk in te inzetten en te versterken worden toekomstbestendige oplossingen bereikt. Eigen oplossingen en het hebben en houden van eigen regie, sterkt de zelfredzaamheid en samenkracht op de langere termijn. Oplossingen gevonden in voorliggende voorzieningen en in de gemeenschap zelf, verminderen de druk op duurdere zorg, zodat zorg ook in de toekomst betaalbaar en bereikbaar blijft voor hen die het nodig hebben. Inwoners die moeite hebben zich te redden in deze maatschappij en hulp nodig hebben, houden we in beeld en helpen we.

Beleidskaders

Terug naar navigatie - Beleidskaders
  • 3D’s contourennotitie Gebiedsteams (juli 2014)
  • Financieel kader sociaal domein (begroting 2016-2019)
  • Raadsbesluit voor de Businesscase Verzelfstandiging Gebiedsteams (november 2015)
  • Handreiking gegevensdeling (vastgesteld in B&W april 2017)

6.3 Thema: Dienstverlening

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

We verbeteren onze dienstverlening
We verbeteren onze dienstverlening op 3 punten. Ten eerste bieden we steeds meer producten en diensten digitaal aan, naast de gebruikelijke dienstverlening die de inwoner nu al van ons gewend is. Ten tweede bieden we snellere service, waarbij we de wachttijden verkorten en de kwaliteit verbeteren. Tot slot verbeteren we de kwaliteit en de zoekfunctie op de website. Voor onze inwoners behouden we het vertrouwde persoonlijk contact en het welkomstgevoel.

Wat hebben we bereikt?

Terug naar navigatie - Wat hebben we bereikt?

We hebben in 2018 flink geïnvesteerd in de digitale dienstverlening; digitaliseren van producten bij burgerzaken, inrichten van mijnoverheid en de berichtenbox. Verbeteren en toevoegen van web-formulieren in plaats van pdf-jes.   Introduceren van een nieuw meldingssysteem voor het doen van openbare meldingen. De publiekshal is verbouwd  en in april geopend. Sociale media is een dienstverleningskanaal geworden, naast telefonie, balie, website en mail.  De medewerkers team dienstverlening zijn geschoold op vakbekwaamheid. Er is een informatieavond voor de raad georganiseerd over de stand van zaken rondom dienstverlening. Er ligt een rapport van de rekenkamer over de digitale dienstverlening. De uitkomsten van dat rapport zijn gedeeld met de gemeenteraad. In 2018 zijn er 9.480 aanvragen bij de balie geweest, hebben we 128.616 bezoeken op onze website gehad, zijn er in totaal 884.978 webpagina's bekeken, zijn er 1.140 digitale aanvragen voor burgerzakenproducten geweest, hebben 30.159 mensen het algemene nummer van de gemeente gebeld en zijn er 1.378 meldingen openbare ruimte geweest. In 2018 zijn we gestart met het digitaal aanvragen van reisdocumenten en een pilot voor het (thuis)bezorgen ervan. Deze pilot loopt door tot in 2019.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Terug naar navigatie - Wat hebben we daarvoor gedaan?

Het aantal digitale producten en formulieren op de website is uitgebreid en we zijn aangesloten bij mijnoverheid.nl. We hebben geïnvesteerd in een systeem voor meldingen openbare ruimte (verbeter de buurt) en hebben meer uren ingezet op de beantwoording via sociale media. De hal en de balies zijn verbouwd. Er is geïnvesteerd in de kwaliteit van dienstverlening. Waar mogelijk hebben we projecten opgepakt in OWO-verband.  

Lef om te experimenteren en innoveren: we zijn gestart met een pilot thuisbezorgen van reisdocumenten, een pilot met meldingen openbare ruimte en pilot met gevonden en verloren voorwerpen. 

We ontwikkelden de dienstverlening op kwaliteit, doordat we geïnvesteerd hebben in de processen en systemen van de gemeente. Daarnaast wordt er uitvoering gegeven aan het opleidingsplan bij dienstverlening waarmee de kwaliteit van het team is vergroot.

Wat heeft de inwoner daarvan gemerkt?

Terug naar navigatie - Wat heeft de inwoner daarvan gemerkt?

De inwoner ontvangt berichten via de berichtenbox van mijnoverheid, reisdocumenten worden eventueel thuisbezorgd. De hal is veel gastvrijer ingericht voor inwoners en de privacy kan beter worden gewaarborgd. Inwoners kunnen online een afspraak maken als ze dat wensen. Meer diensten kunnen online worden aangevraagd. Via social media zijn we makkelijker en sneller bereikbaar geworden. Meldingen openbare ruimte kunnen eenvoudig via een mobiele app worden doorgegeven en de stand van zaken kan worden gevolgd. Via allefriezen.nl kunnen inwoners inzage krijgen in het archief van de burgerlijke stand van de gemeente Ooststellingwerf.

6.4 Thema: Financiën

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Inzetten om een solide financiële koers vast te houden
De huidige financiële positie blijvend borgen en verstevigen. We houden grip op ontwikkelingen, zodat we over voldoende middelen beschikken voor de vraagstukken in het sociale en ruimtelijke domein.

Wat hebben we bereikt?

Terug naar navigatie - Wat hebben we bereikt?

De huidige financiële positie is blijvend geborgd en verstevigd (o.a. verdere afbouw van langlopende geldleningen). In februari 2018 hebt u ingestemd met het wijzigingen van de volgende verordeningen: de financiële verordening, de controleverordening en de verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid. Het beschikbare weerstandsvermogen (algemene reserve en bestemmingsreserves) is voldoende om risico’s af te dekken. We beschikken over voldoende middelen voor de vraagstukken in het sociale en ruimtelijke domein. Ook in 2018 (net als in 2017) zijn er forse overschrijdingen binnen het Sociaal Domein, in de Najaarsrapportage 2018 bent u hierover geïnformeerd. We zijn aan het onderzoeken hoe we deze kosten beheersbaar krijgen, mogelijk met aanvullende maatregelen buiten het Sociaal Domein in de overige programma’s.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Terug naar navigatie - Wat hebben we daarvoor gedaan?

Budgettaire gevolgen invoering notitie rente (BBV)
In 2016 is de vernieuwing van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) in werking getreden. Vergelijkbaarheid tussen gemeenten en toegankelijkheid en transparantie van informatie staan centraal in deze vernieuwing. In 2017 zijn nagenoeg alle wijzigingen opgenomen en/of verwerkt. In 2018 zijn de budgettaire gevolgen van invoering van de notitie Rente van de BBV verwerkt. Met ingang van 2018 slaan we de rentelasten om met behulp van een zogenaamd renteomslagpercentage. De financiële impact van deze nieuwe verplichte methode is groot voor de toe te rekenen rente- en afschrijvingslasten. Het financiële nadeel is opgevangen binnen de beschikbare begrotingsruimte, vooral door de inzet van gelden voor de afbouw van de leningenportefeuille.

De begroting is op orde!

  • De lokale lasten zijn in 2018 gedaald;
  • In 2018 is de schuldpositie verder verlaagd met € 1 miljoen tot een bedrag van € 22,6 miljoen;
  • De legestarieven voor producten zijn kostendekkend. De legestarieven van de omgevingsvergunningen zijn 67% kostendekkend;
  • De Septembercirculaire 2018 zorgt ervoor dat het begrotingsperspectief 2019-2022 verder naar beneden is bijgesteld en dat het perspectief behoorlijk onder druk komt te staan. In lijn met de door u aangenomen motie 30 (‘onderzoek besparingen en (maximale) budgetten benoemen’), bij de behandeling van de Programmabegroting 2019-2022, gebruiken we de komende twee jaar (2019 en 2020) als voorbereiding om te zorgen voor een robuust begrotingsevenwicht met structurele meerjarige dekking;
  • We presenteren de financiële documenten en rapportages op een heldere en transparante manier via het portaal Financiën: ooststellingwerf.begrotingsapp.nl.


Gefaseerde afbouw opbrengst precariobelasting

Het Kabinet heeft de precariobelasting voor nutsbedrijven per 1 juli 2017 gewijzigd. Precariobelasting mogen we heffen tot 1 januari 2022. De opbrengst precariobelasting is tot en met 2021 geraamd in de begroting (€ 1,327 miljoen per jaar). Het besluit tot wijziging heeft verstrekkende gevolgen voor het begrotingsperspectief vanaf 2022. Daarom is vanaf 2017 de structurele opbrengst in vijf jaarlijkse stappen omgezet naar incidentele middelen. Een aantal zaken (bijvoorbeeld het budget Participatie en Het Fonds) zijn ten laste van deze beschikbare budgetten gebracht.

Deelneming: N.V. Bank Nederlandse gemeenten (BNG)
De kerntaak van de BNG is om tegen lage tarieven krediet te verstrekken aan of onder garantie van Nederlandse overheden. Daarmee speelt de bank een essentiële rol in de financiering van door overheden gewenste maatschappelijke investeringen (zie verder Paragraaf 6 - Verbonden partijen).

Beleidsindicatoren thema Financiën

Terug naar navigatie - Beleidsindicatoren thema Financiën

Apparaatskosten zijn alle personele en materiële kosten die verbonden zijn aan het functioneren van de organisatie (o.a. loonkosten, ICT, huisvesting, facilitair etc.). Onder overhead verstaan we alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces.

Beleidsindicatoren thema Financiën Eenheid Begroting 2018 Jaarrekening 2018
Apparaatskosten In euro´s per inwoner 687 726
Externe inhuur Kosten als % van totale loonsom + totale kosten inhuur externen 5,70% 20,70%
Overhead % van totale lasten 12,20% 11,50%
 Peildatum 31 december 2018

Wat heeft de inwoner daarvan gemerkt?

Terug naar navigatie - Wat heeft de inwoner daarvan gemerkt?
  • Transparante financiële huishouding van de gemeente, de financiële documenten en rapportages publiceren we online via de begrotingsapp;
  • Een financieel huishoudboekje met 'zwarte cijfers', ook op de lange termijn;
  • De opbrengst OZB en de opbrengst forensenbelasting zijn in 2018 niet verhoogd. Het vaste tarief en de variabele tarieven afvalstoffenheffing zijn in 2018 gelijk gebleven. De tarieven rioolheffing (gebruikers- en eigenarendeel) zijn gedaald met 7½ %;
  • Betaalbare gemeentelijke producten en diensten in relatie tot de kostendekking.

Toelichting belangrijkste afwijkingen programma 6

Wat heeft het gekost?

Terug naar navigatie - Wat heeft het gekost?
x € 1.000
Wat heeft het ons gekost? Rekening Primitieve Actuele Rekening Verschil
2017 Begroting Begroting 2018
Saldo van baten en lasten
Lasten
6.1 Thema Bestuur -2.544 -1.223 -1.713 -1.824 - 111 N
6.2 Thema Dienstverlening -353 -388 -360 -359 2 V
6.3 Thema Financiën -17.922 -21.225 -22.107 -21.206 901 V
Totaal Lasten -20.819 -22.836 -24.180 -23.388 792 V
Baten
6.1 Thema Bestuur 1.206 - 50 76 26 V
6.2 Thema Dienstverlening 890 812 798 792 - 6 N
6.3 Thema Financiën 47.191 47.809 48.082 51.286 3.204 V
Totaal Baten 49.287 48.621 48.930 52.154 3.224 V
Saldo van baten en lasten 28.468 25.785 24.750 28.766 4.016 V
Mutatie reserves
Toevoegingen -401 - -172 -2.597 - 2.426 N
Onttrekkingen 1.270 243 1.265 823 - 442 N
Mutatie reserves 869 243 1.093 -1.774 - 2.867 N
Resultaat 29.337 26.028 25.844 26.992 1.148 V

Tabel belangrijkste afwijkingen

Terug naar navigatie - Tabel belangrijkste afwijkingen
x € 1.000
Belangrijkste afwijkingen Programma 6 Verschil
College B&W - 153 N
Samenwerking 45 V
Algemene reserve, samenwerking - 45 N
Omgevingsvergunningen - 30 N
Reserve monumenten - 17 N
Dienstverlening 26 V
Algemene overheadkosten 126 V
Reserve organisatie-ontwikkelingen - 89 N
Saldo financieringsfunctie - 56 N
Organisatorische kostenplaatsen en OWO kostenplaatsen 567 V
Algemene reserve, ondersteuning werkgelegenheid/leefbaarheid - 23 N
Reserve Sociaal Domein, gebiedsteam - 268 N
Precariobelasting 2.441 V
Reserve precariobelasting - 2.409 N
Algemene uitkering 613 V
Nagekomen/buitengewone posten - 96 N
Onvoorzien 27 V
Nog te bestemmen posten, breedband 500 V
Overige kleine afwijkingen - 11 N
Totaal afwijkingen 1.148 V

Toelichting belangrijkste afwijkingen

Terug naar navigatie - Toelichting belangrijkste afwijkingen

In onderstaand overzicht lichten we de afwijkingen > € 25.000 toe.

College B&W, nadeel € 153.000
Een nadeel bij de salariskosten van € 25.000 in verband met de wisseling en uitbreiding van het college. En er zijn kosten gemaakt voor het begeleiden van een oud-wethouder en daarnaast zijn er kosten geweest in verband met het aantreden van het nieuw college (benoemingstoets/risicoprofiel etc), nadeel € 27.000. De dotatie aan de voorzieningen lopende pensioenverplichtingen bestuurders en pensioenverplichting voormalige wethouders en huidige wethouders is € 101.000* hoger dan geraamd. Dit heeft te maken met een lagere rekenrente, bereiking van de pensioengerechtigde leeftijd door een voormalig wethouder en de komst van vier nieuwe wethouders.

Samenwerking, voordeel € 45.000
Het restantbudget OWO-samenwerking wordt doorgeschoven naar 2019, omdat de verplichtingen over het jaar 2018 lopen.

Algemene reserve, nadeel € 45.000
Lagere onttrekking in verband met het doorschuiven van het restantbudget, zie hiervoor.

Omgevingsvergunningen, nadeel € 30.000

  • Het jaarlijkse budget voor subsidie monumenten is € 25.000, er is € 8.400 aan subsidie verleend. Het restant € 16.600 wordt toegevoegd aan de reserve, wel wordt hiermee de maximale omvang van € 100.000 van de reserve overschreden met € 13.600. Eénmalig stellen wij voor om deze overschrijding in te zetten in 2019 voor restauratie van de kerktoren in Makkinga.
  • Per saldo is er een nadeel van € 50.000 bij de omgevingsvergunningen. In 2018 zijn minder vergunningen voor bouw verleend dan dat er was ingeschat. De inkomsten op bouwleges waren in het eerste half jaar behoorlijk te noemen. Ook de aantallen liepen toen nog in lijn met de inschatting. Ook liepen er op dat moment meerdere aanvragen waardoor de inschatting is gemaakt dat er meer een hogere legesopbrengst gehaald zou worden. Vanaf het najaar in 2018 zijn de legesopbrengsten echter fors gedaald en ook zijn de relatief grote bouwplannen om verschillende redenen niet tot een afronding gekomen in 2018. Deze zullen naar verwachting in het eerste kwartaal van 2019 pas tot besluitvorming leiden (en daarmee legesoplegging).


Reserve monumenten, nadeel € 17.000
Het niet bestede deel wordt gereserveerd, zie hiervoor bij omgevingsvergunningen.

Dienstverlening, voordeel € 26.000
Bij de leges is er een netto-voordeel van € 21.000, dit komt vooral van leges voor de “kleinere” diensten (uittreksels, afschriften, verklaringen, informatieverzoeken etc.) via het digitale loket en schriftelijke verzoeken.

Algemene overheadkosten, voordeel € 126.000

  • Centrale personeelsbudgetten voor vervanging wegens zwangerschap-, ouderschapsverlof en overige knelpunten staan hier vermeld. De lasten zijn bij de organisatorische kostenplaatsen verantwoord, voordeel € 37.000.
  • Lagere lasten bovenformatieven € 89.000. Een tweetal verplichtingen zijn gestopt in verband met eerdere pensionering en aanvaarding werk. Dit heeft ook een lagere onttrekking van de reserve organisatie-ontwikkelingen tot gevolg.


Reserve organisatie-ontwikkelingen, nadeel € 89.000
Zie hiervoor bij algemene overheadkosten.

Saldo financieringsfunctie, nadeel € 56.000

  • Lagere toegerekende rente € 32.000 nadeel. Bij de programma’s komt dit weer als voordeel terug. De toegerekende rente gebeurt op basis van de boekwaarde per 1 januari. De werkelijke boekwaarde is lager dan de geraamde boekwaarde.
  • Lagere ontvangen rente nadeel € 24.000. Nu is gebleken dat per abuis bij de ontvangen rente een deel van het budget dubbel is geraamd. Dit wordt in 2019 hersteld.


Organisatorische kostenplaatsen en OWO kostenplaatsen, voordeel € 567.000

  • Project ondersteuning werkgelegenheid en leefbaarheid, voordeel € 23.000. Het project behelst de periode 2017-2020, de onttrekking uit de algemene reserve wordt lager.
  • Het resultaat op de organisatorische kostenplaatsen (exclusief het Gebiedsteam) is € 99.000 voordelig. Lagere nettolasten personeel en personeelsgerelateerde kosten € 189.000 en lagere doorbelaste apparaatskosten € 90.000.
  • Bij het Gebiedsteam is er een voordeel van € 402.000. Lagere nettolasten personeel en personeelsgerelateerde kosten € 338.000. Voor een deel heeft dit te maken met latere inzet van vacatures; bijv. aanbod casemanagers beperkt waardoor de vacatures later zijn ingevuld. Bij de incidentele projectmiddelen is er een voordeel van € 209.000*. De budgetten voor het bouwteam zijn volledig besteed, echter de incidentele middelen continuering Gebiedsteam niet omdat er onvoldoende gekwalificeerd personeel kon worden aangetrokken. Voor de middelen herinrichting kantoorruimte is pas op de plaats gemaakt in verband met de Visie sociaal domein, voordeel € 59.000*. Beide hebben een lagere onttrekking uit de reserve Sociaal Domein tot gevolg.
  • Bij de OWO-kostenplaatsen is er een voordeel van € 66.000. Deze afwijking is vooral het gevolg van het op een later tijdstip invullen van vacatures.


Algemene reserve, nadeel € 23.000
Lagere lasten bij project Ondersteuning werkgelegenheid en leefbaarheid betekent een lagere onttrekking.

Reserve Sociaal Domein, nadeel € 268.000*
Lagere onttrekking door incidentele projectmiddelen en middelen herinrichting, zie hiervoor. Dit wordt doorgeschoven naar 2019.

Precariobelasting, voordeel € 2.441.000
Dit betreft een naheffing (€ 2.409.000*) over de jaren 2016 tot en met 2018. Door een ruiling van netwerken is de grondslag gewijzigd. Op basis van de eigen opgave van de metrages zijn de aanslagen opgelegd. Er is bezwaar aangetekend tegen de aanslagen. Zolang de aanslagen nog niet definitief zijn wordt deze opbrengst gereserveerd. De andere hogere opbrengst ad € 32.000 is als gevolg van reguliere areaaluitbreiding van het netwerk.

Reserve Precariobelasting, nadeel € 2.409.000*
De naheffing over de jaren 2016 tot en met 2018 wordt voorlopig gereserveerd, zie hiervoor.

Algemene uitkering, voordeel € 613.000
Verrekening algemene uitkering eerdere jaren, voordeel € 29.000. Het gevolg van de decembercirculaire is € 400.000 positief, dit kon niet meer worden gewijzigd in de begroting. Ook is er een voordeel van € 184.000 door een verschil in de gehanteerde inkomstenmaatstaven, dit is vooral de waarde van de (niet)woningen.

Nagekomen/buitengewone posten, nadeel € 96.000
De dotatie aan de voorziening oninbare debiteuren is € 13.000, conform de vastgelegde systematiek berekend. Nadeel van € 84.000: dit heeft te maken en afwikkeling van een post nog te betalen rente uit 2017. De balanspost Nog te betalen rente is per abuis niet goed afgewikkeld voor een in 2017 geheel afgeloste lening. Dit is nu hersteld.

Onvoorzien, voordeel € 27.000
Het budget onvoorzien is driemaal in 2018 aangesproken. Dit is geweest voor de Volksloop, Oldtimerdag en Interbestuurlijk overleg water.

Nog te bestemmen posten, voordeel € 500.000*
Op deze post staat de bijdrage voor breedband ad € 500.000, dekking gaat via de Algemene reserve (zie toelichting programma 3). Bij de besluitvorming van de programmabegroting 2019-2022 heeft u dit ingezet met ingang van 2019 voor het vervolg BioBased Economy (€ 300.000) en de nieuwe omgevingswet (€ 196.000).