Programma 1
- Een voordeel op Levensonderhoud van € 938.000. Dit voordeel komt doordat het definitieve budget van het rijk (BUIG) hoger was dan begroot en dan het voorlopig definitief budget. De gerealiseerde lasten liggen in lijn met de begroting. De aantallen (voornamelijk P-wet) zijn wel gedaald; de lasten echter niet. De prijs per eenheid ligt in werkelijkheid hoger dan begroot en is er meer loonkostensubsidie ingezet.
- Een nadeel bij Hulp bij het huishouden van € 290.000. Er zijn steeds meer mensen die gebruik maken hulp bij het huishouden, waarschijnlijk door de aanzuigende werking door het abonnementstarief. Daarnaast zijn de prijzen ook meer gestegen dan vooraf ingeschat.
- Een voordeel op Wmo begeleiding van € 408.000. Dit komt hoofdzakelijk door een (voorlopige) positieve afrekening vanuit de centrumgemeente van beschermd wonen van € 300.000 waar geen rekening mee was gehouden. Daarnaast zijn de lasten voor Wmo begeleiding lager geweest dan begroot, ondanks dat bij de voor- en najaarsrapportage het budget al naar beneden was bijgesteld. Dit komt voornamelijk doordat de beweging die we in gang hebben gezet van zware naar lichte zorg is doorgezet.
- Een nadeel op jeugdhulp van € 605.000. Bij de meicirculaire 2021 zijn extra incidentele middelen ontvangen (€ 675.000) voor de aanpak van de problematiek in de jeugdzorg. Ondanks dat is er nog een nadeel van € 605.000 in 2021. Dit komt doordat we betalingen over voorgaande jaren aan andere gemeenten moesten doen (€ 160.000), we meer aan hoogspecialistische jeugdhulp moesten betalen dan rekening mee was gehouden (€ 250.000) en we hogere lasten voor verblijf hadden dan in voorgaande jaren (€ 160.000). Daarnaast waren er hogere lasten voor maatwerktrajecten, pleegzorg, crisis en waren er meer dure trajecten dan waar rekening mee was gehouden. We zien dat het aantal cliënten in zorg is gestegen in 2021 ten opzichte van 2020. De instroom zit met name in de duurzame trajecten.
- Een voordeel bij Fonds Ooststellingwerf van € 145.000. Er is vanuit 2021 € 145.000 over vanuit het Fonds. Dit blijft beschikbaar voor 2022 conform raadsbesluit van 22 juni 2021. Het bedrag komt weer beschikbaar via resultaatsbestemming.
Programma 2
Programma 2 bevat geen grote afwijkingen.
Programma 3
- Een nadeel bij de riolering van € 207.000. De lasten bij riolering waren lager. Dit komt voornamelijk doordat een groot deel van de investeringen in 2021 niet door zijn gegaan waardoor we minder btw toe konden rekenen aan de riolering. Voor de riolering zorgt dat voor een hogere dotatie van € 263.000 aan het spaardeel van de voorziening. Voor de exploitatie zorgt dit voor een nadeel van € 207.000. De geplande investeringen worden doorgeschoven naar 2022, de btw toerekening vindt ook dan weer plaats waardoor dan ook een hogere aanwending uit de voorziening nodig is.
- Vrijval van de reserve grondexploitatie, voordeel € 184.000. Elk jaar wordt de reserve geactualiseerd op basis van de toekomstige verkopen en huidige boekwaarden van de complexen. De omvang van de reserve is per ultimo 2021 te hoog en het verschil valt vrij.
Programma 5
Programma 5 bevat geen grote afwijkingen.
Programma 6
- Een nadeel bij bouwen en wonen van € 121.000. Dit komt door een nadeel van € 87.000 bij de leges bouwvergunningen. Tussentijds in het begrotingsjaar 2021 is de post al met € 260.000 verhoogd. Nu zijn een aantal projecten doorgeschoven naar 2022. Dan worden ook de leges verantwoord. Bij de monumenten is er een overschrijding van € 8.000, deze wordt gedekt door de reserve monumenten. En bij de omgevingsvergunningen is er een nadeel van € 24.000. Oorzaak zijn verschillende zaken zoals hogere automatiseringskosten en verschuldigde leges aan de provincie voor afgegeven verklaringen van geen bezwaar/bedenkingen.
- Algemene uitkering, voordeel € 351.000. Verrekening algemene uitkering eerdere jaren, voordeel € 10.000. De gevolgen van de september- en de decembercirculaire 2021 zijn niet verwerkt in de begroting, voordeel totaal € 611.000. En daarnaast is er een nadelig verschil van € 270.000 als gevolg van de gehanteerde maatstaven. Dit is een gevolg van dat het Rijk aanpassingen in gewicht en aantallen bij de decembercirculaire pas in het jaar daaropvolgend via de betaalspecificatie verrekend.
- Een voordeel van € 130.000. Een extern bedrijf heeft, in owo-verband, de administratie op boekingsregelsniveau doorgelopen op het juiste gebruik van de compensabele btw-codes. Dit gaat dus niet over specifieke casussen, maar over de algehele administratie. Hier gaat het over de periode 2016 tot en met 2018. De constatering is dat er nog recht is op € 130.000.
Corona, voordeel € 948.000
Bij de toelichting op de afwijkingen per programma staan de corona meer- en minderlasten beschreven. In programma 6 staat de compensatie van het rijk verantwoord. Per saldo zorgt dit voor een voordeel. We stellen voor om een deel hiervan via resultaatsbestemming beschikbaar te houden voor 2022. Zie ook paragraaf 11 'Corona'.